Een voorbeeld van een Maar: het Niehoofsterdiep.

Maren zijn de natuurlijke waterlopen in het open dijken- en wierdenlandschap van Noord-Groningen. Deze voormalige kweldergeulen en prielen zijn karakteristieke landschappelijke structuren die herinneren aan het ontstaan van dit gebied. Langs hun slingerende loop treffen we tal van andere cultuurhistorisch en land-schappelijk waardevolle elementen aan als wierden en wierdedorpen, (voormalige) borgterreinen en monumentale boeren-erven.

Het project 'Maren in Noord-Groningen' komt voort uit de Groene Coalitie, een samenwer-kingsverband van ruim 40 organisaties die een rol spelen in het landelijk gebied van Noord-Nederland.

Het wordt uitgevoerd door een projectgroep bestaande uit de NLTO, waterschap Noorder-zijlvest, de Stichting Natuur en Landschap Eemsmond en Landschapsbeheer, die als trekker van het project fungeert. De doelstelling van het project is het behouden en versterken van het natuurlijke karakter van de Groninger maren.

Dit moet bereikt worden door de maren naast het aan- en afvoeren van water ook meer betekenis te geven op het gebied van natuurontwikkeling, recreatie, landschap en cultuurhistorie. Hiervoor is voldoende draagvlak bij alle betrokken partijen van groot belang. Daarom worden onder meer de mogelijkheden onderzocht om landbouwers zoveel mogelijk te betrekken bij het inrichten en beheren van de oeverzones tegen reële vergoedingen en onder condities die inpasbaar zijn in de agrarische bedrijfsvoering.

In het 2003 is gestart met diverse workshops met waterbeheerders, landbouwers, natuurbeherende en milieuorganisaties. Hierbij zijn de verschillende belangen, wensen en mogelijkheden helder naar voren gebracht.
Eind 2004 is dit deel van het project afgerond met de presentatie van een ideeën- en voorbeeldenboek met inrichtings- en beheersmogelijkheden voor de maren in Noord-Groningen.


Hierin wordt tevens een inventarisatie van knelpunten en mogelijkheden ten aanzien van eigendom en beheer opgenomen en een inventarisatie van kansrijke maren om de projectdoelstellingen te verwezenlijken. Op basis hiervan isl een voorstel voor de uitvoering van twee concrete pilotprojecten gedaan.

 

De projectaanpak kenmerkt zich door samenwerking tussen de betrokken partijen, door het zorgen voor draagvlak en door maatwerk in de uitvoering, toegesneden op de situatie, wensen en mogelijkheden van de maren ter plaatse. Een aanpak die ook Landschapsbeheer goed past [1].

Peertil bij Stedum

Peerstil bij Stedum.

Het Warfhuisterloopdiep.

Het Warfhuisterloopdiep.

 

Een maar.

 

 

 

 

Helwerdermaar
De Helwerdermaar.

Een maar in Groningen.

"Vandaag eigenlijk geen wandeling, maar een tocht per boot van Oosterwijtwerd naar Appingedam en weer terug,
over het Oosterwijdwerdermaar. Dit ter ere van onze jaarlijks terugkerende teamdag.

De wandeling van vandaag bestond uit een tweetal korte ommetjes. Een in Appingedam en één in Oosterwijtwerd.
Ik begin zo langzamerhand een Groningenkenner te worden.
Dit keer geen verzengende hitte, maar een frisse bries en prachtige wolkenluchten". [2]

 

 

 

 

De ontstaansgeschiedenis van het landschap van Noord-Groningen wordt bij uitstek zichtbaar in de maren: de kreken en prielen van dit voormalige waddengebied. Hun naam is afgeleid van het oud-Friese maer, een waterloop die als scheiding van twee gebieden functioneerde. Aan hun loop is vaak de ontwikkelingsgeschiedenis van het landschap af te lezen; langs hun slingerende lijnen vinden we veelal de wierdenreeksen en de borgen en boerderijen.

De maren zijn de moeite van behoud, bescherming en versterking waard, zo vindt onder anderen architect Marien Bügel. In zijn afgelegen huis annex werkplek te Oldenzijl werkt hij gestaag door aan zijn geesteskind, het project Maren in Noord-Groningen. Vanuit zijn professionele invalshoek –‘een goede architect houdt zich ook met de omgeving en met de details daarvan bezig’– én vanuit een persoonlijke motivatie raakte Bügel betrokken bij de ruimtelijke ordening in het algemeen en die van zijn eigen omgeving in het bijzonder. ‘Nederland is ruimtelijk aan het ont-ordenen’, is zijn stelling. ‘Ons land verrommelt en is één metropool aan het worden. Als dat al een niet te vermijden ontwikkeling is en als mensen op termijn vaker vestigingsplaatsen zoeken in het landelijk gebied, zorg dan voor landschappelijke kwaliteit en bewaak zeker de cultuurhistorische identiteit van dat landschap.’

In eigen omgeving was hij een van de oprichters van de Stichting Natuur en Landschap Eemsmond, die het bestemmingsplan voor het buitengebied van die gemeente en ook het eerste Provinciale Omgevingsplan kritisch volgde. Al doende ontwikkelde Bügel veel kennis en aandacht voor de maren. In 2000-2001 schreef hij samen met anderen de nota Van wierde tot Wad: een lijn door tijd en ruimte, een Belvedèreproject. Bügel: ‘De maren bepalen samen met de wierdenreeksen en de dijken de landschappelijke identiteit van deze streek. Ze vormen prachtige oost-westlijnen door Noord-Groningen.’ Als voorbeeld noemt hij het Helwerdermuizen. ‘Dit water zou, als het meer ruimte kreeg, kunnen functioneren als een ecologische ader van het landschap. Daarnaast zou het gebruikt kunnen worden voor het vasthouden van water of voor recreatie.’

 

Met de marenboot over een maar.

 

 

 

Geralateerde artikelen:
1. Pingo
2. Dobbe

 


Bronnen:

1. Landschapsbeheer Groningen.
2) Riawandelt.web.log,nl.
3. Noorderbreedte.

 

 

 

 

Aan bovenstaande tekst is de uiterste zorgvuldigheid besteed. Desondanks kunnen er best fouten

voorkomen. Constateer je fouten en/of heb je vragen, correcties, aanvullingen...

geef die dan even aan mij door via mijn E-mail adres.

Hoogeveen, 21 okt. 2009
Update: 13-04-2020
Verhaal: © Harm Hillinga

 

Menu Artikelen.
HomePage
Top